Groot bezwaar heb ik tegen de versimpeling door de film en alle andere activiteiten. Het was een zeer complexe, gekmakende situatie, vooral voor ons Indo’s.
Zo is Sukarno nu nog een held van mijn moeder. Zo zingen mijn moeder en haar broertje Sjugito, nog steeds uit het hoofd het ‘Raya Indonesia’, het Indonesische volkslied, dat er bij hen is ingestampt en dat zij ‘om te overleven’ bij iedere gelegenheid uit volle borst meezongen.
Waar mijn moeder Sukarno aanbad, zo was Genderal Sudirman mijn held, een ‘militair genie’, van wie Nederland nooit had kunnen winnen.
Dit ‘Gekkie’, zoals Taihuttu mij noemt, heeft alles beschreven in een boek, ik heb niets te verbergen.
Wel wat te verbergen heeft de toenmalige regering, de mensen die besloten dat er niet met Sukarno gepraat moest worden, de mensen die besloten dat de enorme ‘cash-cow Nederlands-Indië’ behouden moest blijven.
Déze mensen zijn verantwoordelijk voor al het leed na 17 augustus 1945. De huidige regenten zijn verantwoordelijk voor het leed dat zij ons, en de jonge veteranen aandoen met deze sensatiebeluste geschiedvervalsing!